illustratie
Aan het einde van de 19de eeuw hielden veel prentkunstenaars zich bezig met het maken van illustraties.
Ze namen hierbij aanzienlijk meer artistieke vrijheid dan traditioneel gebruikelijk was. Maurice Denis pleitte er in zijn artistieke manifest uit 1890 voor om bij het illustreren niet langer slaafs de tekst te volgen, maar te streven naar een gelijkwaardige ontmoeting tussen woord en beeld.
Zo kon de lezer de essentie van het werk op verscheidene niveaus tegelijk ervaren. De kunstenaar paste zijn eigen theorie toe bij het illustreren van André Gides Voyage d’Urien.
De auteur bedankte Denis na voltooiing voor ‘de reis’ die ‘werkelijk samen’ was ondernomen.
-
Illustratie als decoratie
De moderne prentkunstenaars benaderden illustraties als decoraties, uitgevoerd in sierlijke en expressieve lijnen, en geplaatst in een speelse dialoog met de tekst.
Daarbij namen ze de vrijheid om de vaste kaders van de illustratie op het blad los te laten. Pierre Bonnard liet zijn delicate roze litho’s in Parallèllement vrij om de erotische poëzie van Paul Verlaine zweven en over de pagina’s uitwaaieren.
-
Tekst als illustratie van de prent
In de kunstenaarsboeken Les Vierges en Les Tombeaux, vernieuwende uitgaves van de kunsthandelaar Siegfried Bing, werd het proces zelfs helemaal omgedraaid.
De symbolistische auteur Georges Rodenbach schreef de teksten voor deze boeken als vrije illustraties bij de houtsneden en kleurenlitho’s van de twee bevriende kunstenaars József Rippl-Rónai en James Pitcairn-Knowles.
Verder lezen
Maurice Denis, ‘Définition du Néo-traditionnisme’, in Théories, 1890-1910, du symbolisme et de Gauguin vers un nouvel ordre classique, Parijs 1920
Gordon N. Ray, The Art of the French Illustrated Book, 1700 to 1914, Ithaca 1986
Clément Dessy, Patrick McGuinness, Les écrivains et les Nabis. La littérature au défi de la peinture, Rennes 2015