In een eerdere bijdrage kwam de verwarring ter sprake tussen knotwilgen en knotberken in Van Goghs Brabantse oeuvre. Uit de tijd dat Vincent van Gogh in Zuid-Frankrijk werkzaam was (1888-1890), vloeit een identificatieprobleem met andere bomen voort dat om een oplossing vraagt.
Zoals bekend, schreven de broers Van Gogh in Frankrijk hun brieven aan elkaar in het Frans, en het misverstand ligt deze keer op vertaalkundig gebied.
Vincent van Gogh, Het park, oktober 1888, olieverf op doek, 72 x 93 cm, privé collectie (F 472)
Taxus?
In de zomer en vroege herfst van 1888 schilderde Van Gogh een reeks park- en tuingezichten, waaronder een ‘jardin d’automne’ (een herfsttuin) die hij in een brief van 22 oktober aan zijn broer beschreef: twee flesgroene cipressen waren daarop te zien, naast drie kleine kastanjebomen met bruinoranje bladeren, en ‘un petit if à feuillage de citron pâle au tronc violet’.
Die laatste boom, een kleine ‘if’ met bleek citroengeel blad en violette stam, is geheel links op het schilderij te herkennen. De dunne stam is in de loop der tijd verkleurd naar een grijzige tint, waardoor het oorspronkelijk door de kunstenaar bedoelde contrast tussen geel en violet verloren is gegaan. In het Nederlands werd ‘un petit if’ correct vertaald met ‘een kleine taxus’ en in het Engels met ‘a small yew’, zoals het sinds mensenheugenis hoort.
Taxusboom in de late herfst, Wikimedia Commons
Maar de taxus is een conifeerachtige naaldboom, een jaarrond donkergroene boom of struik met lancetvormige naalden, en die kan met de beste wil van de wereld niet met de herfstige loofboom op het schilderij in verband worden gebracht. In de Provence komt de (giftige) taxus bovendien in het wild overwegend voor in de meer oostelijke regionen, aan de schaduwzijde van kalkstenen bergmassieven als die van de Sainte-Victoire en de Sainte-Baume, en verder, ook in haagvorm, op begraafplaatsen en in kasteelparken.
Hoe kon Van Gogh zich zo vergissen, of vergiste hij zich helemaal niet?
Vincent van Gogh, Geploegd veld met een boomstam (‘De voren’), oktober 1888, olieverf op doek, 91 x 71 cm, privécollectie (F573)
De ‘if’ wordt verder in zijn Franse brieven nog slechts één keer genoemd. Bijna een week later schreef Van Gogh een studie gereed te hebben van een omgeploegd veld ‘avec la souche d’un vieil if’, ‘met de stam van een oude taxus’. Dat werk werd in publicaties lange tijd neutraal aangeduid met Boomstam of simpelweg Boom, bijvoorbeeld door J.-B. de la Faille in zijn catalogue raisonné van 1928 (l’Arbre).
De link tussen schilderij en brief werd pas later gemaakt en in de herziene uitgave van De la Failles oeuvrecatalogus uit 1970 komen we voor het eerst de titel Trunk of an Old Yew Tree (Stam van een oude taxus) tegen, die vervolgens de meest gangbare is gebleven. Maar ook hier zien we een loofboom met verkleurde bladeren, en geen (oude) taxus.
Op de zogeheten Bongerlijst, de handgeschreven inventaris die Theo’s zwager Andries Bonger eind 1890 opstelde van Vincents schilderijen die na diens dood bij Theo in Parijs waren, werd het schilderij onder nummer 178 opgenomen als ‘Chêne foudroyée’, een door de bliksem getroffen eikenboom. Andries herkende terecht een loofboom, maar een eik is het ook niet.
Iep
Van Gogh moet het motief van de dikke boom ergens nabij de avenue de Montmajour, de noordelijke uitvalsweg van Arles naar Tarascon, zijn tegengekomen: in de achtergrond zien we Arles liggen. Langs dergelijke wegen komen we in de Provence vooral platanen tegen, maar van oudsher ook wel iepen. De diepe verticale groeven in de schors van de oude boom wijzen erop dat het hier om een iep moet gaan. Platanen hebben doorgaans een gladdere stam.
Van Gogh was over het algemeen goed bekend met de planten- en bomenwereld, en platanen, ‘platanes’ in zijn correspondentie, had hij al meermaals geschilderd. Dat hij tot twee keer toe een loof- en naaldboom door elkaar husselde, lijkt uitgesloten: dennen en sparren werden door hem bijvoorbeeld correct aangeduid met ‘pins’ en ‘sapins’. Waarom noemde hij nu een iep ‘if’?
Vincent van Gogh, Avenue met platanen, maart 1888, olieverf op doek, 45 x 49 cm, Musée Rodin, Paris (F 398) © Musée Rodin (photo Jean de Calan)
Een iep of olm (Ulmus), in het Engels ‘elm’, is in het Frans een ‘orme’, maar ‘orme’ of ‘ormeau’ (een jonge iep) komt in Van Goghs Franse vocabulaire nergens voor. In zijn Nederlandstalige correspondentie gebruikte hij alleen iep, nooit olm, en de taxus, voor alle duidelijkheid, komen we in zijn Nederlandse brieven in het geheel niet tegen.
In België echter, waar Van Gogh met tussenpozen in totaal drie jaar verbleef, werden ‘iep’ (olm) en ‘iebe’ (taxus, ook wel ‘ijb’ of ‘ijf’) ‘ten gevolge van groote overeenkomst in klanken’ wel met elkaar verward, aldus het Woordenboek der Nederlandsche Taal. Ook de laatste editie van Van Dales woordenboek Frans-Nederlands geeft aan dat met ‘if’ in Belgisch-Nederlands ook ‘iep’ kan worden bedoeld. Van Gogh, zo kan op basis hiervan worden geconcludeerd, had het dus wel degelijk over een ‘iep’ toen hij ‘if’ schreef. Hij wist om welke boom het ging en was duidelijk onbekend met zowel taxus als de correcte Nederlandse vertaling van ‘if’, als het Franse ‘orme’ van ‘iep’.
In de herfsttuin staat dus een jonge iep (‘un ormeau’) en de forse boomstam langs de weg is een oude iep (‘un vieux orme’). De taxus komt ook in zijn Franse correspondentie niet voor.
Vincent van Gogh, Stratenmakers (‘De grote platanen’), december 1889, olieverf op doek, 73.4 x 91.8 cm, Cleveland Museum of Art, Gift of the Hanna Fund (F 657)
Platanen?
Ondanks Van Goghs grote kennis van flora en fauna heeft hij één keer, in Saint-Rémy-de-Provence, een wel zeer opmerkelijke vergissing gemaakt met de voor hem toch bekende plataan. Hoewel hij lokaal meer aandacht had voor olijfbomen en cipressen, trok hij begin december 1889 de bebouwde kom in waar hij een studie maakte van ‘een gezicht op het dorp – waar ze bezig waren – onder enorme platanen – de trottoirs te repareren’, zoals hij aan Theo schreef.
Het schitterende resultaat, Stratenmakers (‘De grote platanen’), toont een opgebroken straat met imposante dikke boomstammen waarvan de toppen door de bovenrand van het schilderij worden afgesneden.
Van Gogh zag echter geen ‘enorme platanen’: in een boekje over Saint-Rémy-de-Provence van Marcel Bonnet uit 1992 wordt keurig uitgelegd dat hij hier iepen schilderde, alleen is dit nooit goed tot de Van Goghliteratuur doorgedrongen. De cours van Saint-Rémy, de promenade van avenues en boulevards rond het historisch centrum, was tot diep in de 19de eeuw geheel omzoomd met iepen, waarvan de oudsten nog uit de 17de eeuw dateerden.
Ook het deel dat Van Gogh vereeuwigde, de oostelijk gelegen avenue d’Eyragues (nu Boulevard Mirabeau), was met oude iepen beplant, zoals op een ansichtkaart van omstreeks 1905 is te zien. Als je – met deze wetenschap – goed kijkt naar de dikke bomen op het schilderij, dan is de voor iepen kenmerkende schors met de verticale groeven ook wel herkenbaar.
Als deze bomen van ouderdom bezweken of te gevaarlijk werden, kwamen er echter platanen voor in de plaats en dat gebeurde voor Van Goghs stukje cours tussen 1920 en 1930.
De iepen langs de Boulevard de la Gare (nu Boulevard Marceau) in Saint-Rémy-de-Provence werden in 1648 aangeplant en in de loop van de 20ste eeuw vervangen door platanen. Ansichtkaart ca. 1905, privécollectie
Op deze ansichtkaart van omstreeks 1905 (privécollectie) van de avenue d’Eyragues in Saint-Rémy (sinds c. 1910 Boulevard Mirabeau) zijn in de achtergrond, in het achterste gedeelte van de avenue, de iepen te zien die Van Gogh schilderde. De rij iepen wordt rondom beschermd door een lage stenen band, en de werkzaamheden op Van Goghs schilderij hebben te maken met de plaatsing van deze bescherming aan het eind van 1889
De iepen die Van Gogh schilderde worden gerooid, foto Frédéric George 1920-1930, uit Marcel Bonnet, Saint-Rémy-de-Provence. Chronique photographique de Frédéric George (1868-1933), Marguerittes 1992, p. 82
In de eerste helft van de 20ste eeuw zijn alle iepen verdwenen en door platanen vervangen, en dat zal mede de reden zijn geweest dat er nimmer aan Van Goghs woorden is getwijfeld – tenslotte zijn platanen heden ten dage kenmerkender voor het Provençaalse landschap dan iepen.
In de publicatie Liste des arbres en Provence komt de ‘orme’ zelfs niet (meer?) voor. De alomtegenwoordigheid van platanen in de Provence, aldus diezelfde Liste, ‘mag ons niet doen vergeten dat zijn acclimatisatie aan de regio relatief recent is’: de plataan werd in de 16de eeuw geïntroduceerd en vanaf het einde van de 18de eeuw geleidelijk populairder als aanplant langs wegen, promenades en pleinen. Niet zelden ter vervanging van bejaarde iepen. Het is een snelgroeiende boom met een dicht bladerdak dat zomers voor een verkoelende schaduw zorgt.
De oude iep van Gorbio (Provence-Alpes-Côte d'Azur), geplant in 1713, foto 2011, Wikimedia Commons
Motief
Een flinke oude iep doet qua vorm soms wel een beetje denken aan een oude plataan, maar goed, in Arles wist Van Gogh deze bomen wel van elkaar te onderscheiden. Met zijn vergissing bevond hij zich echter in goed gezelschap.
In september 1885 bezocht een van zijn favoriete schrijvers Saint-Rémy: Edmond de Goncourt. Die omschreef het plaatsje in zijn beroemd geworden dagboek als ‘La petite ville de Provence sous ses grandes platanes’ (‘Het provençaalse stadje onder zijn grote platanen’), maar merkte ook op: ‘Et penser que, pas un paysagiste, ayant un nom, n’a eu l’idée de faire un tableau d’une de ces rues-boulevards’ (‘En dan te bedenken dat geen enkele landschapschilder van enige reputatie ooit het idee had een schilderij van een van deze boulevards te maken’).
Dit deel van het dagboek werd voor het eerst in 1894 gepubliceerd, vier jaar na Van Goghs overlijden, maar de kunstenaar, hoewel nog met een zeer bescheiden reputatie, had de charme van het motief wel degelijk herkend en Edmond de Goncourt reeds op zijn wenken bediend.
Literatuur
-
L. Jansen, H. Luijten, N. Bakker, Vincent van Gogh. The Letters, https://vangoghletters.org/
-
Liste des arbres en Provence, If en Provence, https://www.provence7.com/portails/traditions/if-en-provence/
-
J.-B. de la Faille, L’Oeuvre de Vincent van Gogh. Catalogue raisonné, 4 delen, Parijs en Brussel 1928
-
J.-B. de la Faille, The Work of Vincent van Gogh, Amsterdam 1970
-
A. Bonger, Catalogues des œuvres de Vincent van Gogh, 1890, archief Van Gogh Museum, inv.nr. b3055V1962
-
Woordenboek der Nederlandsche Taal, https://ivdnt.org/woordenboeken/historische-woordenboeken/woordenboek-der-nederlandsche-taal/
-
Van Dale woordenboek Frans-Nederlands, laatste editie 2025, geraadpleegd in de applicatie pakket8.vandale.nl
-
M. Bonnet, Saint-Rémy-de-Provence. Chronique photographique de Frédéric George (1868-1933), Marguerittes 1992, pp. 81-82.
-
E. de Goncourt, Journal des Goncourts. Mémoires de la vie littéraire. Tome septième 1885-1888, Parijs 1894, pp. 71-72.