Detail raampartij voor restauratie
Detail raampartij na restauratie
Detail hoofd Jo voor restauratie
Detail hoofd Jo na restauratie
Een herontdekking door uitgebreide behandeling.
Het Van Gogh Museum heeft meerdere portretten van Jo van Gogh-Bonger (1862-1925) in zijn bezit, waaronder dit portret, geschilderd door haar tweede echtgenoot Johan Cohen Gosschalk (1873-1912).
Het ontstond omstreeks 1902, toen het echtpaar in ’t Gooi woonde. Het toont Jo terwijl ze aandachtig, licht voorovergebogen, aan een tafel schrijft. Dit moet een typische pose voor haar zijn geweest: vastbesloten om het werk van haar zwager Vincent bekendheid te geven en te verkopen, voerde ze vanaf het overlijden van haar eerste echtgenoot Theo een uitgebreide correspondentie met verzamelaars, handelaren en musea in binnen- en buitenland.
In de achtergrond, rechtsboven, is een deel van een schilderij te zien dat is geïdentificeerd als een van de versies van Van Goghs Cipressen met twee vrouwen. Sinds de oprichting van het Van Gogh Museum was het portret zelden te zien en leefde het een sluimerend bestaan in het depot, tot de hernieuwde interesse in Jo leidde tot de wens het werk te restaureren.
Deze restauratie werd in opdracht van het museum uitgevoerd door particulier restaurator Erika Smeenk-Metz.
Voorafgaand aan de behandeling van het schilderij was al vastgesteld dat er in het verleden aanzienlijk verfverlies was ontstaan, dat de hechting van de verf op sommige plekken problematisch was, en dat het hele oppervlak was bedekt met dikke en onregelmatige lagen vuil en verkleurde en vlekkerige vernis. Bovendien waren er verschillende oude retouches of overschilderingen aanwezig. Het geheel maakte een grauwe en weinig aantrekkelijke indruk.
Bij het verwijderen van het vuil en vernis werd echter duidelijk dat de voorstelling veel uitgebreider overschilderd was dan aanvankelijk gedacht. Er was dan ook aanvullend onderzoek nodig om vast te stellen wat precies de aard en functie van deze overschilderingen was, of ze van de hand van de kunstenaar zouden kunnen zijn en als dat laatste niet het geval bleek, of en hoe die overschilderingen veilig konden worden verwijderd.
Bij dat onderzoek werd geconstateerd dat de pigmentgrootte, textuur en wijze van aanbrengen van deze overschilderingen in het geheel niet pasten bij de werkwijze van Cohen Gosschalk die zichtbaar was in niet-overschilderde delen van de voorstelling. Bovendien waren de grove overschilderingen duidelijk over craquelé aangebracht. Dit suggereert dat er na het schilderen door de kunstenaar een aanzienlijke hoeveelheid tijd moet zijn verstreken voor deze werden aangebracht.
Ook bleek dat er bij het aanbrengen ervan enige vrijheden waren genomen. Zo week de kleurstelling af van het origineel, zoals te zien was in bijvoorbeeld het paarse gordijn en de groen-zwarte haren van de geportretteerde.
Bovendien was de voorstelling hier en daar aangevuld en gemanipuleerd, bijvoorbeeld in de vitrage voor het raam die bij het overschilderen was verzonnen, en het gezicht van Jo, dat van een nieuwe mond en ogen was voorzien. Het is niet duidelijk waarom de voorstelling zo uitgebreid werd overschilderd. Mogelijk was het ontstaan van schade aan de verflagen aanleiding om een en ander niet alleen te verbergen maar ook naar eigen inzicht bij te werken.
Portret van Jo voor restauratie
Bij bestudering van de ondertekening, zoals zichtbaar geworden met behulp van infraroodreflectografie, kon worden geconstateerd dat Cohen Gosschalk een uitgebreide, zorgvuldig uitgevoerde compositie had getekend die in zijn geheel als leidraad fungeerde voor het schilderen. De kunstenaar ging daarbij steeds zorgvuldig te werk en hij volgde consequent de vormen van de ondertekening. Echter, noch de vitrage, noch de door overschildering sterk gemanipuleerde gezichtstrekken die het portret had vóór restauratie, waren conform deze ondertekening.
Ondertekening zoals zichtbaar gemaakt met infraroodreflectografie
Deze bevindingen werden gedaan bij bestudering van het oppervlak met het blote oog, onder de microscoop en werden daarna bevestigd in de analyse van de verfdwarsdoorsneden die van geselecteerde plekken waren genomen.* Besloten werd om alle overschilderingen te verwijderen en daarmee het origineel zonder deze latere, niet-originele toevoegingen te presenteren om meer recht te doen aan Cohen Gosschalks compositie.
Na het verwijderen van de overschilderingen werden alle lacunes in de verf gevuld en geretoucheerd en kreeg het geheel een nieuw slotvernis. Er werd een nieuwe lijst gemaakt waarin het schilderij optimaal kan worden gepresenteerd. Na jaren van afwezigheid is Cohen Gosschalks visie op zijn vrouw weer volop te bewonderen.
*Een monster genomen door het pakket van grondering, verf- en vernislagen, dat wordt ingebed in een synthetische hars om het makkelijker te hanteren, en dan wordt gepolijst. Als de dwarsdoorsnede, die het resultaat is van deze voorbereiding, wordt bestudeerd onder een microscoop, wordt daarmee de opbouw van alle lagen op die plek zichtbaar. De verfdwarsdoorsneden van het schilderij werden geanalyseerd door onderzoekers van het Rijksbureau voor Cultureel Erfgoed (RCE, Amsterdam).
Detail raampartij voor restauratie
Detail raampartij na restauratie
Detail hoofd Jo voor restauratie
Detail hoofd Jo na restauratie
Restauratie van het schilderij is mede mogelijk gemaakt met genereuze steun van Stichting Lieve.